Om lid te worden van het Gilde dient men een proeve van bekwaamheid af te leggen voor leerling kalligraaf of leerling verluchter

Beoordelingscriteria proeve van bekwaamheid

Algemene regels:

• We hanteren de regels van de klassieke kalligrafie en het middeleeuws verluchten.

• De ingediende stukken moeten origineel zijn, geen fotokopieën, en mogen niet ingelijst zijn.

• Voor de titel leerling mogen de werkstukken ouder zijn dan twee jaar.

Voor de titel gezel en meesterknecht mogen de werkstukken niet 

ouder zijn dan twee jaar.

Voor de titel meester mogen de werkstukken niet ouder zijn dan vier jaar.

• Taalkundig moet het werk goed zijn.

• Bij een positieve beoordeling krijgt u op de Gildedag van dat jaar een bul en een gildepenning. 

Tevens laat u op die Gildedag aan de bezoekers van deze dag uw gemaakte werk zien.

• Vanaf de rang ‘gezel’ mag u een vignet namens het Gilde gebruiken bij publicaties. 

KALLIGRAFIE

EISEN:

LEERLING KALLIGRAAF

• Minimaal zes werkstukken, maximaal tien, in twee verschillende lettertypen, waarvan minimaal drie werkstukken per lettertype.

• De gebruikte kapitalen of initialen (deze hoeven niet verlucht te zijn) moeten een evenwichtig geheel vormen met de tekst.

De kandidaat leerling kalligraaf wordt beoordeeld door drie gildebroeders die minstens gezel kalligraaf zijn.

Wanneer slechts één lettertype aan de gestelde eisen voldoet ontvangt de kandidaat een deelcertificaat. Men kan alsnog leerling worden door binnen twee jaar het tweede deelcertificaat te behalen.

GEZEL KALLIGRAAF

• Minimaal negen, maximaal vijftien werkstukken in drie verschillende lettertypen uit verschillende tijdperken. Per lettertype moet minimaal drie werkstukken worden ingediend.               

• Van de kandidaat wordt verwacht dat er zorg is besteed aan een goede uitvoering van de lay-out, het juiste gebruik van kapitalen en / of initialen en de gebruikte materialen.

De kandidaat gezel kalligraaf wordt beoordeeld door vier gildebroeders die minstens gezel kalligraaf zijn. 

De gezel kalligraaf mag een gildevignet met eigen monogram voeren. 

MEESTERKNECHT KALLIGRAAF

• Minimaal twaalf, maximaal twintig werkstukken uitgevoerd in vier verschillende lettertypen uit verschillende tijdperken. Per lettertype moet minimaal drie werkstukken worden ingediend.

• Perfectie in de lay-out, het gebruik van verschillende lettergrootte binnen een lettertype en het gebruik van meerdere soorten papier en van meerdere soorten inkt en verf als schrijfmateriaal zijn een vereiste. 

De kandidaat meesterknecht kalligraaf wordt beoordeeld door vier gildebroeders die minstens gezel kalligraaf zijn.

MEESTER KALLIGRAAF

Na het behalen van de titel ‘meesterknecht kalligraaf’ is een tussenperiode van vier jaar gewenst om tot ontwikkeling te komen voor het behalen van deze titel.

• Minimaal vijftien, maximaal vijfentwintig werkstukken uitgevoerd in vijf verschillende lettertypen.

• Perfectie in de lay-out, het gebruik van verschillende lettergrootte binnen een lettertype, het gebruik van meerdere soorten papier, het gebruik van perkament en het gebruik van meerdere soorten inkt en verf als schrijfmateriaal zijn een vereiste. 

De kandidaat meester kalligraaf wordt beoordeeld door vijf gildebroeders die minstens gezel kalligraaf zijn.

Van de meester kalligraaf wordt verwacht dat hij/zij (indien mogelijk) een actieve bijdrage levert aan het Gilde, waarbij gedacht wordt aan: publicaties in Het Vrije Boek, het geven van werkdagen of het ontwikkelen van andere activiteiten in het belang van het Gilde.

Om lid te worden van het Gilde dient men een proeve van bekwaamheid af te leggen voor leerling kalligraaf of leerling verluchter

Beoordelingscriteria proeve van bekwaamheid

Algemene regels:

• We hanteren de regels van de klassieke kalligrafie en het middeleeuws verluchten.

• De ingediende stukken moeten origineel zijn, geen fotokopieën, en mogen niet ingelijst zijn.

• Voor de titel leerling mogen de werkstukken ouder zijn dan twee jaar.

Voor de titel gezel en meesterknecht mogen de werkstukken niet 

ouder zijn dan twee jaar.

Voor de titel meester mogen de werkstukken niet ouder zijn dan vier jaar.

• Taalkundig moet het werk goed zijn.

• Bij een positieve beoordeling krijgt u op de Gildedag van dat jaar een bul en een gildepenning. 

Tevens laat u op die Gildedag aan de bezoekers van deze dag uw gemaakte werk zien.

• Vanaf de rang ‘gezel’ mag u een vignet namens het Gilde gebruiken bij publicaties. 

VERLUCHTEN

EISEN:

LEERLING VERLUCHTER

• Minimaal vier, maximaal zes werkstukken bestaande uit initialen en / of randversieringen uit verschillende tijdperken.

• De verluchting moet in relatie staan tot de eventueel bijbehorende tekst (de kandidaat hoeft de tekst niet zelf geschreven te hebben).

• In het werk wordt gelet op kleurgebruik, compositie, penseelbeheersing, en schildertechniek

De kandidaat leerling verluchter wordt beoordeeld door drie gildebroeders, die minstens gezel verluchter zijn.

GEZEL VERLUCHTER

• Minimaal zes, maximaal acht werkstukken bestaande uit initialen en randversieringen uit verschillende tijdperken en één volledige middeleeuwse miniatuur.

• De verluchting moet in relatie staan tot de eventueel bijbehorende tekst (de kandidaat hoeft de tekst niet zelf geschreven te hebben).

• Bij minimaal twee werkstukken is werken met bladgoud vereist.

• Het gebruik van meerdere soorten ondergrond is een vereiste.

De kandidaat gezel verluchter wordt beoordeeld door vier gildebroeders die minstens gezel verluchter zijn.

De gezel verluchter mag een gildevignet met eigen monogram voeren. 

MEESTERKNECHT VERLUCHTER

• Minimaal acht, maximaal tien werkstukken bestaande uit initialen, randversieringen uit verschillende tijdperken en minimaal vier bladgrote ( minimaal A5) middeleeuwse miniaturen.

• De verluchting moet in relatie staan tot de eventueel bijbehorende tekst (de kandidaat hoeft de tekst niet zelf geschreven te hebben).

• Bij minimaal vier werkstukken is werken met bladgoud vereist.

• Minimaal twee werkstukken zijn gemaakt op perkament.

• Minimaal één werkstuk is geschilderd met pigmenten.

De kandidaat meesterknecht verluchter wordt beoordeeld door vier gildebroeders die minstens gezel verluchter zijn.

MEESTER VERLUCHTER

Na het behalen van de titel meesterknecht kalligraaf is een tussenperiode van vier jaar gewenst om tot ontwikkeling te komen voor het behalen van deze titel.

• Minimaal tien, maximaal veertien werkstukken bestaande uit initialen, randversieringen en minimaal vijf bladgrote (minimaal A5) middeleeuwse miniaturen uit verschillende tijdperken.

• Bij minimaal vier werkstukken is gewerkt op perkament.

• Bij minimaal vier werkstukken is geschilderd met pigmenten.

• Bij minimaal vijf werkstukken is gewerkt met goud en bladgoud.

• Bij minimaal één werkstuk is geschilderd met tempera (pigmenten aangemaakt met eigeel).

De kandidaat meester verluchter wordt beoordeeld door vijf gildebroeders die minstens gezel verluchter zijn.

Van de meester verluchter wordt verwacht, dat hij/zij (indien mogelijk) een actieve bijdrage levert aan het Gilde, waarbij gedacht wordt aan: publicaties in Het Vrije Boek, het geven van werkdagen of het ontwikkelen van andere activiteiten in het belang van het Gilde.

Eens per jaar is er  gelegenheid uw werk voor te leggen aan de beoordelingscommissie.

In 2022  is de beoordelingsdag op 17 september  in Hoofddorp.

De kosten zijn € 20,-.

Aanmelden kandidaten voor  20 augustus bij:

Diny van IJcken

hd.vanijcken@kpnmail.nl